Page 10 - 1981
P. 10
,4iii4'Uïi^
(f • ••fl**HM •••••••§•••»• MffttMHIllHiaHtfll ••»•••••#•••• I I I •••HMM
10 ZOi©v,n
ELFJAAR GELEEJE BRABANTSE NACHTE ZIJN
LANG MAR MEEJ CARNEVAL
Elf jaar geleden vierde Roosendaal Carnaval onder het motto: „Spant de ZIJN ZE KORT EN DAN SLAOPE
Leutkar in". Het veldteken, als altijd ontworpen en geschetst door H. v.d. WE OP 'N BED VAN:
Bergh, werd opnieuw door wijlen de heer J. Vlak definitief tot vorm
„geschapen" en in zeer vele exemplaren vervaardigd, zodat ieder
„Tullepetaon" zich desgewenst kon tooien met een „Leutkar" (dat was
beslist geen „zware kar") getrokken door een paard dat alleen maar uit
een fraaie kop bestond, en geladen met een vat waarin „leutnat" te
vermoeden was.
Het was ook het jaar waarin Jan van Nassau zijn onvergetelijk lied Tu-
tu-Tullepetaone creëerde. Dit lied kon - en kan nog steeds - met recht een
,JSchlager" worden genoemd en staat naast „het Roosendaols Lieke" van
Dekkers bekend als de stedelijke „Hymne" van Roosendaal. Uiteraard
werd het lied ook op de plaat opgenomen zodat zeer vele Roosendalers er
nog steeds over kunnen beschikken. Toch lijkt het ons niet overbodig
hier nog eens de complete tekst af te drukken. Niet gauw is er immers
een Roosendaals carnavalslied tot stand gekomen van een dergelijke
kwaliteit en spitsvondigheid:
Tu - tu -tullepetaone ziede gij alleen mee karnaval
Mee zottekappe worre ze geboren, mee zattekoppe worre ze begraove
Tu - tu-tuUepetaone, ziede gij alleen mee karnaval
Ne drogen'uit et noorde vroog aon mijn
Wat of ne tullepetaon zou kunne zijn
Ik docht: nou ja, allee oe zakket zegge
Toen zijnket eel vorzichtig uit gaon legge
Ik zee: et is gin tiet
en t is ok ginnen 'aon
Wel draoggut unne kiel
dus et is ne tullepetaon
Et zuje eed'unne tik mee Karneval
Et rijk der Tullepetaone bovenal
Nen 'ete troep mee los gesloge draoke
zitten'em dan gauw en gèf te raoke
Ze geve nooit nie op
en laote niks nie staon
2to voele ze der'eige pas
*nen echte Tullepetaon!
meubel goris paleis
Bioemenmarkt 23, Roosendaal, tel. 3 33 74.
© Stichting Carnaval Roosendaal
Prins JAN voerde zijn Tullepetaone aan tot het uiterste. G'oef gin slag om oewen Lieve daomes
aarm t'ouwe om nar oons te van Roosendaol
Een schitterend stukje poëzie waarin zelfkritiek en zelfspot volledig aan komme. Wij emme éle mooi en omstreke:
hun trekken komen. Een prima staaltje „volkskunst" in prachtig dialekt! pakke...
Natuurlijk was er meer in 1970, het jaar van „Elf jaar geleje". Zo Agge nouw us echt goed
verscheen b.v. in de opnieuw bijzonder fraai uitgevoerde jos Iv/an eek
„Kwakkelkraant" ook deze rubriek, zodat wie die rubriek NU doorleest voor dun dag wult komme
meteen leest „22 jaar geleden". Een stuk geschiedschrijven werd op die M de Rozelaar 11,
manier gegarandeerd. Roosendaal, dan motte bij oons wa
.'^'- tel. 3 45 62.
Als jaarlijkse „Primeur" bracht de „Kwakkelkraant" een pracht nep- prachtige kléére inslaon!
verhaal over een nieuw systeem van koopavonden in Roosendaal. In de
kop schreeuwden kapitalen GOUDMIJN VOOR DE ZAKENLUI - mickelle
WINKELIERS ENTHOUSIAST» KLANTEN HOOGST VOLDAAN.
Deze ideale toestand is overigens toch een beetje overschat gebleken. Het Passage 21, Roosendaal, tel. 3 31 19.
„systeem" is in de doos voor „planning" gebleven en de koopavonden zijn
op wat meer nuchtere wijze er toch wel gekomen.
Er was in de „kwakkelkraant" de beroemde strip-pagina van Jan
Koopman - helaas zien we die de laatste jaren niet meer - en er werd
speciale aandacht besteed aan de „BoerenRaads-vrouwen" een groepje
dat nog steeds zijn eigen aktiviteiten kent in de Carnavalsdagen.
De bekende Carnavalsvereniging „R.A.C." kwam in een verhaaltje
speciaal in de kijker. R.A.C, doet overigens nog steeds driftig van zich
spreken en niet alleen door hun wijd en zijd gewaardeerde aktiviteiten,
samen met Stichting Carnaval, rond Zieken en Bejaarden, rond Charitas,
het Franciscus-Ziekenhuis, de Brink enz. enz. R.A.C, gaat zo
langzamerhand naar haar 33-jarig-bestaansfeest toe. Als het zo ver is -
het duurt nog even - zullen we er ongetwijfeld veel van gaan horen.
Die „Kwakkelkraant"bevatte in die jaren ook een HOROSCOOP. De
schrijver en samensteller hiervan - Johan van den Bergh - publiceert de
laatste jaren echter niet veel meer. Mogelijk zijn de door hem gegeven
voorspellingen toch niet helemaal betrouwbaar gebleken. Het schrijven
van een „terugblik" - zoals deze - is dan ook stukken gemakkelijker!
De kinderpagina werd gevuld door JAC LINDERS met een prachtig
verhaal over „Leut" en „Lol", twee apen die op hun karnavaleske wijze
door het verhaal dartelden. Kleine „opvuUertjes" en korte verhaaltjes
completeerden de „Kwakkelkraant" anno 1970.
Ja, en dan was er nog de „Redaktionele Storij" getiteld: „Old Princes
never die, they just dance away". Bepaald geen Roosendaals dialect
derhalve maar toch een prachtig verhaal, gezien en geschreven in het
ve^a/o^ <^pcig^^^^
(f • ••fl**HM •••••••§•••»• MffttMHIllHiaHtfll ••»•••••#•••• I I I •••HMM
10 ZOi©v,n
ELFJAAR GELEEJE BRABANTSE NACHTE ZIJN
LANG MAR MEEJ CARNEVAL
Elf jaar geleden vierde Roosendaal Carnaval onder het motto: „Spant de ZIJN ZE KORT EN DAN SLAOPE
Leutkar in". Het veldteken, als altijd ontworpen en geschetst door H. v.d. WE OP 'N BED VAN:
Bergh, werd opnieuw door wijlen de heer J. Vlak definitief tot vorm
„geschapen" en in zeer vele exemplaren vervaardigd, zodat ieder
„Tullepetaon" zich desgewenst kon tooien met een „Leutkar" (dat was
beslist geen „zware kar") getrokken door een paard dat alleen maar uit
een fraaie kop bestond, en geladen met een vat waarin „leutnat" te
vermoeden was.
Het was ook het jaar waarin Jan van Nassau zijn onvergetelijk lied Tu-
tu-Tullepetaone creëerde. Dit lied kon - en kan nog steeds - met recht een
,JSchlager" worden genoemd en staat naast „het Roosendaols Lieke" van
Dekkers bekend als de stedelijke „Hymne" van Roosendaal. Uiteraard
werd het lied ook op de plaat opgenomen zodat zeer vele Roosendalers er
nog steeds over kunnen beschikken. Toch lijkt het ons niet overbodig
hier nog eens de complete tekst af te drukken. Niet gauw is er immers
een Roosendaals carnavalslied tot stand gekomen van een dergelijke
kwaliteit en spitsvondigheid:
Tu - tu -tullepetaone ziede gij alleen mee karnaval
Mee zottekappe worre ze geboren, mee zattekoppe worre ze begraove
Tu - tu-tuUepetaone, ziede gij alleen mee karnaval
Ne drogen'uit et noorde vroog aon mijn
Wat of ne tullepetaon zou kunne zijn
Ik docht: nou ja, allee oe zakket zegge
Toen zijnket eel vorzichtig uit gaon legge
Ik zee: et is gin tiet
en t is ok ginnen 'aon
Wel draoggut unne kiel
dus et is ne tullepetaon
Et zuje eed'unne tik mee Karneval
Et rijk der Tullepetaone bovenal
Nen 'ete troep mee los gesloge draoke
zitten'em dan gauw en gèf te raoke
Ze geve nooit nie op
en laote niks nie staon
2to voele ze der'eige pas
*nen echte Tullepetaon!
meubel goris paleis
Bioemenmarkt 23, Roosendaal, tel. 3 33 74.
© Stichting Carnaval Roosendaal
Prins JAN voerde zijn Tullepetaone aan tot het uiterste. G'oef gin slag om oewen Lieve daomes
aarm t'ouwe om nar oons te van Roosendaol
Een schitterend stukje poëzie waarin zelfkritiek en zelfspot volledig aan komme. Wij emme éle mooi en omstreke:
hun trekken komen. Een prima staaltje „volkskunst" in prachtig dialekt! pakke...
Natuurlijk was er meer in 1970, het jaar van „Elf jaar geleje". Zo Agge nouw us echt goed
verscheen b.v. in de opnieuw bijzonder fraai uitgevoerde jos Iv/an eek
„Kwakkelkraant" ook deze rubriek, zodat wie die rubriek NU doorleest voor dun dag wult komme
meteen leest „22 jaar geleden". Een stuk geschiedschrijven werd op die M de Rozelaar 11,
manier gegarandeerd. Roosendaal, dan motte bij oons wa
.'^'- tel. 3 45 62.
Als jaarlijkse „Primeur" bracht de „Kwakkelkraant" een pracht nep- prachtige kléére inslaon!
verhaal over een nieuw systeem van koopavonden in Roosendaal. In de
kop schreeuwden kapitalen GOUDMIJN VOOR DE ZAKENLUI - mickelle
WINKELIERS ENTHOUSIAST» KLANTEN HOOGST VOLDAAN.
Deze ideale toestand is overigens toch een beetje overschat gebleken. Het Passage 21, Roosendaal, tel. 3 31 19.
„systeem" is in de doos voor „planning" gebleven en de koopavonden zijn
op wat meer nuchtere wijze er toch wel gekomen.
Er was in de „kwakkelkraant" de beroemde strip-pagina van Jan
Koopman - helaas zien we die de laatste jaren niet meer - en er werd
speciale aandacht besteed aan de „BoerenRaads-vrouwen" een groepje
dat nog steeds zijn eigen aktiviteiten kent in de Carnavalsdagen.
De bekende Carnavalsvereniging „R.A.C." kwam in een verhaaltje
speciaal in de kijker. R.A.C, doet overigens nog steeds driftig van zich
spreken en niet alleen door hun wijd en zijd gewaardeerde aktiviteiten,
samen met Stichting Carnaval, rond Zieken en Bejaarden, rond Charitas,
het Franciscus-Ziekenhuis, de Brink enz. enz. R.A.C, gaat zo
langzamerhand naar haar 33-jarig-bestaansfeest toe. Als het zo ver is -
het duurt nog even - zullen we er ongetwijfeld veel van gaan horen.
Die „Kwakkelkraant"bevatte in die jaren ook een HOROSCOOP. De
schrijver en samensteller hiervan - Johan van den Bergh - publiceert de
laatste jaren echter niet veel meer. Mogelijk zijn de door hem gegeven
voorspellingen toch niet helemaal betrouwbaar gebleken. Het schrijven
van een „terugblik" - zoals deze - is dan ook stukken gemakkelijker!
De kinderpagina werd gevuld door JAC LINDERS met een prachtig
verhaal over „Leut" en „Lol", twee apen die op hun karnavaleske wijze
door het verhaal dartelden. Kleine „opvuUertjes" en korte verhaaltjes
completeerden de „Kwakkelkraant" anno 1970.
Ja, en dan was er nog de „Redaktionele Storij" getiteld: „Old Princes
never die, they just dance away". Bepaald geen Roosendaals dialect
derhalve maar toch een prachtig verhaal, gezien en geschreven in het
ve^a/o^ <^pcig^^^^
